Minister schept verwarring over ‘extra geld’

Minister schept verwarring over ‘extra geld’ naar het primair onderwijs

Veenstra vervolgt: “De reguliere loonruimte over 2019 was al bekend bij de cao onderhandelingen die in juni jl. zijn afgebroken. Het probleem was onder meer dat pas vanaf september 2019 een loonsverhoging van 2,5% werd geboden en per 1 april 2020 nog eens 1,1%.Daarmee boden de werkgevers een totale loonsverhoging van 3,6% over een looptijd van 18 maanden. Dat was onvoldoende en dicht bij lange na niet de loonkloof met het VO, laat staan dat we wat extra’s kunnen doen voor schoolleiders of de ondersteunde functies, die ook hard nodig zijn in het onderwijs.”

De minister roept cao-partijen op om weer te gaan onderhandelen: “anders verdwijnt het geld”. Deze dreiging is overbodig en helpt niet: de cao-partijen kennen hun verantwoordelijkheid en willen graag tot een cao komen. Daarvoor is echter wel nodig dat het kabinet echt extra investeert in het onderwijs en niet alleen goochelt met cijfers en verwarring schept.