Deze maand is er in de Tweede Kamer volop gedebatteerd over passend en inclusief onderwijs. Hiervoor stuurde minister Wiersma van Primair en Voortgezet Onderwijs twee brieven naar de Kamer: een over de Werkagenda Route naar inclusief onderwijs 2035 en een over de stand van zaken van de Verbeteraanpak Passend Onderwijs. Wiersma geeft onder meer helderheid over hoe hij wil komen tot een landelijke norm basisondersteuning.
Naar inclusiever onderwijs
Minister Wiersma heeft op 17 maart een brief aan de Tweede Kamer gestuurd met daarin de plannen om te komen tot inclusiever onderwijs. Hij informeert de Kamer over de contouren van de zogeheten Werkagenda Route naar inclusief onderwijs 2035, acties en maatregelen voor inclusief onderwijs en de vervolgstappen rondom de werkagenda.
Wiersma geeft onder andere zes actielijnen:
- Toerusten van school en personeel
- Laagdrempelige hulp in en nabij de school
- Organiseren van een dekkend aanbod van (inclusief) onderwijs en ondersteuning
- Regelruimte creëren in leerpad en ontwikkeling
- Bouwen aan een toegankelijke en inclusieve huisvesting
- Normaliseren van inclusief onderwijs: ‘Het is de intentie dat inclusief onderwijs niet langer de uitzondering is, maar de norm wordt’
Lees de brief op de website van het ministerie van OCW.
Landelijke norm basisondersteuning
Samen de schouders onder passend onderwijs is de titel van de andere kamerbrief van Wiersma. Hij gaat hierin onder meer in op de voortgang van de verbetermaatregelen voor passend onderwijs en geeft aan hoe hij wil komen tot een landelijke norm voor basisondersteuning. Hij kiest voor een heel andere route dan adviesbureau BMC heeft voorgesteld. Wiersma schrijft: ‘Leraren weten als geen ander wat er nodig is om duidelijkheid te krijgen en wat leerlingen en ouders van hen mogen verwachten. En ouders en leerlingen weten als geen ander wat zij nodig hebben. Ik doe daarom een dringend beroep op de vertegenwoordigers van leraren en ouders om met elkaar te komen tot een voorstel voor een landelijke norm voor basisondersteuning. Ik leg de norm vervolgens vast in wet- en regelgeving zodat alle betrokkenen daar op kunnen terugvallen.’
Volgens Wiersma gebeurt er al veel goeds op het gebied van passend onderwijs, maar zijn er ook zorgen en verbeterpunten: ‘Zo is er nog veel te winnen rondom het betrekken van de leerling bij besluiten die hem of haar aangaan (hoorrecht), onafhankelijk advies voor ouders en leerlingen en duidelijkheid over de basisondersteuning, maar ook op onafhankelijk intern toezicht bij samenwerkingsverbanden, de administratie van het schoolondersteuningsprofiel en mogelijkheden voor leerlingen die geen voltijds onderwijs kunnen volgen of thuiszitten. Op al deze vijf onderwerpen moet in de komende jaren duidelijk zichtbare verbetering komen, door middel van een aantal wetsvoorstellen, die ik deels al ben gestart.’
Lees de brief op de website van de Tweede Kamer.
Debatten
Op 5 en 11 april is er in de Tweede Kamer gedebatteerd over passend en inclusief onderwijs en de plannen van Wiersma. Over veel punten was de Kamer kritisch.
Lees meer hierover op de websites van de PO-raad en VO-raad.